'Iets betekenen voor een ander'
Inez van der Wal (71) is na elf jaar gestopt met haar vrijwilligerswerk als lid/voorzitter van de locatiecliëntenraad Voorburg.
Erg interessant en boeiend
Eigenlijk kwam Inez bij toeval bij de locatiecliëntenraad terecht. Haar moeder woonde in verzorgingshuis De Mantel en ze had geruchten gehoord dat er iets ging veranderen. “Ik stapte de vergadering van de cliëntenraad binnen om daar meer over te horen. Aan het eind van de vergadering werd ik gevraagd om lid te worden. Omdat ik zeer geboeid was door de onderwerpen die werden besproken en om dat ik slecht nee kan zeggen, verliet ik als aspirant-lid de vergadering.”
Eigenlijk had ze het al druk zat. Ze werkte fulltime als manager Personeel en Organisatie, deed vrijwilligerswerk als mediator en ze had natuurlijk de zorg voor haar moeder. “Maar om op deze manier iets te kunnen bijdragen aan de ouderenzorg, zag ik toch als een unieke kans.”
Zorgsector was nieuw voor mij
Die ja die ze gaf, resulteerde uiteindelijk in elf jaar vrijwilligerswerk in de cliëntenraad. Eerst als lid, later als voorzitter en ook als lid van de Centrale Cliënten Raad van Florence. “De zorgsector was nieuw voor mij. Ik vond het heel boeiend en leerzaam om vanuit de rol van de cliëntenraad kennis te kunnen maken met de ouderenzorg”.
Inez vertelt dat de cliëntenraad functioneert in het kader van de Wet op de Medezeggenschap cliënten Zorginstellingen. “De cliëntenraad Voorburg behartigt niet alleen de belangen van de bewoners in de Mantel - intramuraal -, maar ook die van de thuiszorgcliënten van Florence in Voorburg, extramuraal.”
“Je hebt als cliëntenraad met een veelheid aan onderwerpen te maken. Eigenlijk met alles wat de bewoners ‘raakt’ binnen de zorginstelling”, vertelt Inez. “Het gaat daarbij vooral over de leefomgeving, de kwaliteit van de zorg, de veiligheid, maar ook over de maaltijd, de schoonmaak, de was én over de zinvolle dagbesteding”.
Samenwerken voor de bewoners
Inez kijkt terug op een heel goede en plezierige samenwerking binnen de cliëntenraad. Ze vindt het fijn en belangrijk dat ieder lid doet waarin hij of zij goed is. “Daarmee kun je met elkaar veel voor elkaar krijgen.”
Ook de samenwerking tussen cliëntenraad en management heeft zij als positief ervaren. “Natuurlijk waren er wel eens strijdpunten, maar uiteindelijk streven we beiden naar hetzelfde doel: tevreden cliënten. Bij het management ligt, begrijpelijk, de nadruk op de organisatie als geheel, met alle aspecten. Bij de cliëntenraad is de focus vooral gericht op de cliënt als persoon.”
Om als cliëntenraad goed te kunnen functioneren is volgens Inez de input van bewoners en familie/contactpersonen onontbeerlijk. “Daarom proberen we op verschillende manieren contact te onderhouden. Dit doen we via de nieuwsbrief, enquêtes, collectieve bijeenkomsten en individuele bezoeken aan bewoners. De laatste jaren misten we echt de participatie van bewoners of familieleden en contactpersonen in de cliëntenraad. Dat is zo belangrijk: zij weten het beste wat nodig is om het wonen bij Florence nóg aangenamer te maken.”
Inzetten op welzijn
Een van de mooie projecten waarin de cliëntenraad volgens haar veel tijd en energie in heeft gestoken is: ‘Zinvolle dagbesteding’. Dit maakte deel uit van het programma Waardigheid & Trots waar de overheid subsidie voor beschikbaar stelde. “Wij waren medeverantwoordelijk voor de juiste aanwending van het budget. Het doel was om het welzijnsaspect te integreren in de zorg. Het voelt goed dat het belang hiervan steeds meer wordt onderkend. Dat komt duidelijk in het overleg met de huidige managers naar voren. Het welzijnsaspect krijgt steeds meer aandacht. Dat hebben we dus als cliëntenraad echt wel op de agenda weten te zetten.”
Vinger aan de pols
Inez kijkt met heel veel plezier terug op haar vrijwilligerswerk. “Het mooiste was toch wel het persoonlijke contact met de bewoners. Elk jaar organiseerden wij een jaarvergadering met muziek, een hapje en een drankje voor de bewoners. Als je dan zag hoe zij genoten, daar werd ik zelf helemaal blij van”.
Inez wenst haar opvolgers heel veel succes toe. Ze heeft er alle vertrouwen in dat zij zich in zullen blijven zetten voor de bewoners en de thuiszorgcliënten. “Zij zullen de vinger aan de pols houden.” Ze zal het vrijwilligerswerk zeker missen. “Maar er komt altijd een moment waarop het stokje moet worden doorgegeven. Nieuwe mensen, nieuwe ideeën en inzichten, nieuwe aanpak. Dat is goed.”